Wat niemand je verteld over beginnen met fietsen

Wat niemand je verteld over beginnen met fietsen

Wielrennen lijkt op het eerste gezicht een wereld apart. Strakke outfits, dure fietsen, mensen die termen gebruiken als ‘cadans’ en ‘FTP’ alsof het de normaalste zaak van de wereld is. En dan die foto’s op Strava van lachende gezichten op de top van wéér een klim.

Als je net begint met wielrennen, voelt het soms alsof je er nog niet helemaal bij hoort. Alsof je eerst een soort ‘wielerdoop’ moet ondergaan. Maar laat je niet afschrikken. Je hoeft geen prof te zijn om mee te doen.

 

Begin gewoon

Misschien heb je (nog) geen dure racefiets of de perfecte wieleroutfit. Misschien weet je het verschil tussen een derailleur en een bidon nog niet. Geeft niks

Wat telt, is dat jij gaat. Een rondje maakt. Je benen voelt. En lekker fietst.

Wielrennen mag ook gewoon een activiteit zijn zonder alle poeha. Een tocht op zaterdagochtend eindelijk de stad uit, een ritje na je werk of een rondje trappen met iemand die ook nog zoekende is. Niet alles hoeft perfect. Sterker nog: het wordt pas leuk wanneer je dat allemaal loslaat.

 

En dan die zadelpijn

Die voel je meestal niet meteen, maar als ’ie komt…dan wéét je precies wat mensen bedoelen. Brandend, stekend, onmogelijk te negeren.

Wat vaak niemand erbij zegt: dit hóéft geen vast onderdeel van wielrennen te zijn. En nee, je stelt je echt niet aan. Je zit op een hard zadel, in een houding waar je lichaam nog niet aan gewend is. Natuurlijk moet je daar je weg in vinden, en dat kost tijd.

 

Gun jezelf de tijd

Praat erover (ja echt, we moeten dit normaler maken).

Test zadels. Probeer een andere fietspositie. Wissel tips uit met anderen.

👉 Meer tips hierover? Bekijk deze video van NOS of luister deze podcast van Universiteit van Vlaanderen.

 

En dan… eten en drinken

Wat niemand je vertelt als je net begint: je moet blijven eten. Wacht je tot je honger hebt, dan ben je eigenlijk al te laat. Dus zorg voor bevoorrading en neem iets mee wat werkt voor jou:

· een banaan

· een paar dadels

· een reep

En vooral: drink, drink, drink. Ook als je geen dorst hebt.

Vooral op warme dagen. Een slokje water per 10 minuten kan het verschil maken tussen een fijne rit en een hongerklop ergens tussen de weilanden.

 

Je hoeft niet meteen de hele tour te rijden

Er is geen minimumafstand voor een ‘echte’ rit. Ook geen tempo waar je aan moet voldoen. Laat je niet afschrikken door mensen die vinden dat je pas meetelt als je 100 kilometer op een dag rijdt.

Dus.. koop die tweedehands fiets, trek iets aan waarin jij je goed voelt en ga fietsen.

Maak een rondje in de buurt, of fiets naar die vriendin aan andere kant van de stad.

 

En weet je wat het mooiste is? Voor je het weet ben jij degene die een ander geruststelt. Die zegt: het hoeft niet snel, het hoeft niet ver, als je maar gaat.

Terug naar blog